Frankenstein transportfiets van Charles, deel 2

Dit is het framenummer van de Frankenstein. Ik meen 29294 te lezen. Er lijkt een Gwh logo onder te staan, maar het is niet helemaal duidelijk te zien. Ik heb de andere lugs bekeken, maar kan verder geen logo’s vinden. Er zijn ook geen gaatjes voor een balhoofdplaatje te vinden. Er heeft waarschijnlijk een transfer gezeten.

Wat ik typisch vind aan de fiets is dat er een relatief smal trapashuis en dito achtervork is, terwijl de balhoofdbuis voor een dikwandige en dus zware binnenbalhoofdbuis is gebouwd. De achterpadden zien er ook ‘anders’ uit.

De fiets is inmiddels weer gedemonteerd, zodat alle gaatjes die in het frame en de voorvork geboord zijn dichtgelast kunnen worden. Het is een hoog frame en voorlopig vind ik het lekker genoeg fietsen om er weer iets moois van te maken.

Twee gedopte velgen voor de Frankenstein. De ene is zwaarder dan de andere, maar daar is niets van de zien ?

In de Industrielak van Wijzonol met actieve corrosiewerende pigmenten ?

Mooi rood is niet lelijk ?

De spaakgaten worden geruimd voordat de nippels erin gaan.

Twee vernikkelde naven. Een Torpedo (vernikkelde uit 1950!) is samengesteld uit onderdelen van allerlei jaartallen, zoals een echte Frankenstein betaamd ?

De voornaaf is eigenlijk voor een toerfiets, maar wel met een dikke as en grote cups en konen. De spaken van 13G gaan maar net door de spaken heen.

Charles

Vervolg op:
Frankenstein transportfiets van Charles

10 gedachten aan “Frankenstein transportfiets van Charles, deel 2”

  1. Dat tekentje is inderdaad een Gwh tekentje. Ik herken de w in ieder geval boven het streepje van de G. Weet iemand trouwens of er nog transportfietsen bekend zijn van na de oorlog met Gwh tekentjes op de lugs? Ik weet dat Gwh nog wel lugs heeft geproduceerd tot ergens in de jaren ’50, maar of dat ook voor Nederlandse transportfietsen was.

    1. Het is in zoverre interessant omdat de gaffels of achterpadden in de liggende achtervork anders zijn gevormd dan die ik tot nog toe tegen ben gekomen uit die tijd. Ik weet niet of dat ook een indicatie is voor een bouwjaar of periode.
      Het is meestal zo dat de gaffels in het midden of aan de binnenkant van de ovale pijp zitten. Hier is dat aan de buitenkant wat de hele liggende achtervork smaller houdt.
      Samen met het feit dat de achtervork smal is lijkt het ongebruikelijk. De staande achtervork is dan weer wél breder. Ik heb het gemeten en het scheelt achttien millimeter.
      Het ziet er allemaal op dezelfde manier aangeslagen uit. Er zijn door een vorige eigenaar net zoveel gaatjes in de staande als in de liggende achtervork geboord en lijkt daarmee origineel te zijn.
      De gaatjes worden allemaal weer keurig netjes dichtgelast en bijgeslepen.
      Omdat er aan gelast moet worden én omdat het frame al een keer overgelakt is ga ik dat, tegen mijn gewoonte in ook weer doen. De het frame komt er dan net zo uit te zien als de velgen.
      Spatborden, rek en kettingscherm moet ik nog zoeken en het ligt er een beetje aan hoe die er uitzien of die ook opnieuw in de lak gezet gaan worden.

  2. Leuk project, ik ben benieuwd naar het eindresultaat. Dat Frankenstein balhoofdplaatje is wel een goed idee, kunnen we die niet gaan gebruiken voor alle door ons opgeknapte transportfietsen van onbekende origine?

    De gaatjes in de voorvork horen er zeker niet in, maar wat voor gaatjes zitten er in het frame dan? Meestal zitten in alle buizen kleine gaatjes op moeilijk zichtbare plaatsen die bedoelt zijn om uitzettende lucht te laten ontsnappen bij het solderen. Die horen er dus in, al zijn ze meestal dicht geverfd of geplamuurd. Als je ze dicht probeert te lassen krijg je weer hetzelfde probleem met uitzettende lucht in de buizen.

    1. Er bestaan inmiddels al verschillende varianten van het merk Frankenstein 🙂
      Jeroen heeft Fran-Kestein al geopperd en Marcel kwam met Franke-Stein.
      Ik ben zelf al bezig om een manier te vinden om een afbeelding en tekst te verwerken als balhoofdtransfer of balhoofdplaatje.
      Het zou inderdaad leuk zijn om fietsen waar het merk echt niet meer van te herleiden is een nieuwe identiteit te kunnen geven ?
      De gaatjes zijn beslist niet voor de ontluchting. Misschien dat de fiets ooit bij een hondenclub mishandeld is.
      Er zitten welgeteld vijftien gaatjes in het frame op de gekste plekken.
      De vork is gebruikt geweest als wielenrichter maar van het frame weet ik verder niets.

  3. Het frame en de vork zijn inmiddels terug van de lasser. Hij heeft alle gaatjes keurig dichtgelast en het laswerk onzichtbaar bijgeslepen. Dat heeft hij echt heel mooi gedaan. Als de lak er op zit zie je daar niets meer van.
    In de gaatjes waren resten van popnagels te vinden. Het is niet bekend wat er aan de fiets bevestigd is geweest.
    Het mannetje van de liggende achtervork is door de lasser vervangen voor een nieuw stukje pijp. Het originele was slecht. Weliswaar niet rot maar wel gescheurd en het zat los.
    Het frame is inmiddels kaal gekrabd. Nu nog schuren en de lak kan er op.
    Als
    Het klaar is komen de foto’s er bij.

  4. Ik ben er nu achter waar die naar buiten staande achterpadden voor zijn. Volgens het boekje “Het rijwiel, zijn bouw en montage” uit de jaren ’20, zijn zulke achtervorken bedoelt om ruimte te maken voor een kettingkast (niet kettingscherm dus).

Laat een antwoord achter aan Charles Waagenaar Reactie annuleren

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *