Germaan van Charles

Maurice en ik hebben vandaag een transportfiets van het merk Germaan opgehaald in Scherpenzeel. Het framenummer is R1900. Ik weet zo niet welk bouwjaar daar bij hoort (volgens het dateringsboekje 1953, red.). Er zit een Torpedo in het achterwiel waar 54 in staat, maar het is zeer waarschijnlijk dat die een keer vervangen is. Het lijkt of de fiets veel ouder is.

De fiets heeft twaalf jaar buiten gestaan. Wel onder een afdak maar er is toch veel vliegroest ontstaan. Het viel mee om de fiets te demonteren. Alles kwam makkelijk los zonder dat er bouten braken. De trapas voelt als nieuw. Loopt licht en heeft geen speling. Ik heb een nieuw zadeldek van F&J van Werven uit Meppel wat op het frame van het zadel past, dus dat gaat er op. Verder ga ik proberen om de fiets zo authentiek mogelijk te houden. De wielen zijn nog recht maar het is dus wel te zien dat het achterwiel opnieuw gespaakt is. Op de as van de naaf zijn twee extra moeren tussen de achtervork gemonteerd. Dat zou kunnen betekenen dat de fiets ooit als een doortrapper verkocht is. Als ik er nog een heb ga ik er misschien een oudere achternaaf in spaken. Een mooi komplete en originele fiets die zich makkelijk liet demonteren. Voorlopig hoeven alleen het zadeldek, de sluitschakel van de ketting en de banden vervangen te worden.


Groetjes van mij,

Charles Waagenaar

9 gedachten aan “Germaan van Charles”

  1. Toch een fiets uit 1953 dus. Ik dacht dat het achterwiel een nieuwe naaf had maar dat zal dus toch de originele zijn. De spaken van het voorwiel zijn veel meer verouderd dan die van het achterwiel. Vandaar de vergissing.
    De fiets is inmiddels volledig gedemonteerd en alles met uitzondering van het kettingscherm nog helemaal stevig. Dus dat wordt weer vijftig jaar fietsen met dat ding 🙂

  2. mooie fiets ! maar er zit nog wel erg weinig lak meer op ; ga je voor owatrol of nieuwe lak en deze daarna kunstmatig verouderen ?

    1. Eigenlijk wil ik alleen maar olie gebruiken om te poetsen. De fiets blijft nu toch binnen staan.
      Ik ga er eerst wel met een staalborstel overheen om de afbladderende chroom en alles wat er verder aan gegroeid is weg te borstelen. Daarna poetsen met olie en misschien Owatrol.
      Ik heb ook goede ervaringen met gekookte lijnolie. Dat ga ik eerst doen en dan wacht ik even af hoe zich dat houdt. Daar kan dan altijd nog Owatrol overheen.

  3. Vandaag ben ik verder gegaan met de demontage van de fiets en kwam er achter dat de achtervelg wel versterkte of gedopte spaakgaten heeft en de voorvelg niet. Daar komt bij dat het voorwiel ‘driekruis gespaakt is en de spaken veel verder verouderd zijn dan die van het achterwiel en dat het achterwiel ‘vierkruis gespaakt’ is. Omdat het framenummer staat voor een bouwjaar van 1953 en de achternaaf van 1954 is lijkt het achterwiel origineel en het voorwiel vervangen door een ouder wiel.
    Maar dat wordt weer tegengesproken door het ‘vierkruis’ gespaakte achterwiel omdat die manier van spaken niet gebruikelijk was bij fabrikanten. Dat was meer iets van fietsenmakers.
    Ik kan mij tenminste niet voorstellen dat een fiets af-fabriek met twee verschillende velgen werd uitgerust.
    Het tandwiel op het achterwiel is er een met een komvorm en 22 tanden. De vorm van het tandwiel maakt dat het zonder aanpassingen tegen de liggende achtervork aan zou lopen. De aanpassing die er op toegepast is zijn twee achterwielmoeren die links en rechts binnen de achterpadden op de as zijn geschroefd om de inbouwbreedte te vergroten zodat er ruimte voor het tandwiel is en het wiel toch in het midden bleef.
    Dat is beslist niet origineel maar het zegt ook niets over de originaliteit van het wiel zelf.
    Misschien weet iemand wat voor velgen er bij Germaan werden gemonteerd in die periode. Wel of niet versterkt of gedopt. Dat zou wellicht uitsluitsel geven.
    Wie het weet mag het zeggen.

  4. Leuke aanwinst, Charles.
    Het is natuurlijk ook mogelijk dat beide wielen niet origineel is, transportfietsen waren pakezels waarbij er in het algemeen geen haan naar kraaide of iets origineel is. Daar is na bijna 70 jaar vast niet meer achter te komen.

    1. Ja, dat is zo. Ik ben allang blij dat de velgen nog in goede conditie zijn. Geen deuken, slagen of gaten. Mooie rechte velgen waar zonder problemen kaarsrechte wielen van te maken zijn. Van het achterwiel heb ik alle spaken eerst los gezet. Sommige nippels wilden niet loskomen en dat was wel nodig want er zat een flauwe slag in. Daar hoef ik alleen maar twee nippels aan toe te voegen.
      De spaken van het voorwiel waren vlak bij de nippels zo dun dat je ze bijna met een stevige duimnagel door kon snijden dus daar gaan nieuwe in.
      Verder is de fiets nu echt helemaal gedemonteerd. Maurice en ik hebben gisteren het kranckstel van de trapas gehaald door de spieën er met een bankschroef uit te drukken. Het lagerwerk van de trapas is nog in topconditie.
      Het beugeltje van het kettingscherm is ook los. Een van de twee boutjes kwam los. Het andere ook maar dat was omdat het brak. Het restant is weggeboord en in het gat weer BSW 1/4″ draad gesneden.
      Omdat de fiets zo roestig was leek het een uitdaging om alles zonder brokken te kunnen demonteren maar er is uiteindelijk dus maar een boutje gebroken. Nou ja, en de verbindingsschakel van de ketting en wat spaken en nippels. Het kettingsscherm zelf zou ik terug kunnen plaatsen maar dat is op sommige plekken zo dus als papier dus da’s misschien een beetje te veel van het goede. De rest kan allemaal weer gebruikt worden. Dat vond ik eigenlijk ook wel leuk 🙂

Laat een antwoord achter aan Charles Waagenaar Reactie annuleren

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *